Fremantle, Perth Beaches, Rottnest Island en Australische gastvrijheid

25 januari 2018 - Perth, Australië

Op zaterdag 20 januari worden we laat wakker en doen we in de ochtend heerlijk rustig aan. Pas rond 11:00 uur gaan we erop uit. We rijden van Perth naar Fremantle, een klein hip havenstadje. Wat is het hier gezellig, overal zijn leuke winkeltjes en eettentjes. Ook zijn hier de Fremantle Markets waar allemaal leuke eetkraampjes en andere stalletjes te vinden zijn. We komen hier Berit (van Max) tegen waar we samen de Savannah Way mee hebben bereisd. Ze werkt op een van de kraampjes en we spreken voor de avond af om wat te drinken. We struinen de straten van Fremantle door en in de namiddag hangen we in een parkje bij het strand op ons picknickkleed wat we voor kerst hebben gekregen. In de avond ontmoeten we Max en Berit op het zelfde strand een eindje verderop. Hier is een avondmarktje met allerlei eetkraampjes vanuit de hele wereld. Ook is er live muziek en drinken we samen een paar biertjes. Om 21:00 uur is de markt afgelopen en rijden we naar een parkje aan het water waar we overnachten. Voordat we gaan slapen, drinken we nog een biertje en lopen we langs de rivier. We zien uit het niets tientallen vissen uit het water omhoog springen, en niet veel later zien we twee dolfijnen die hier aan het jagen zijn. Heel bijzonder!

De volgende ochtend worden we vroeg wakker en direct als we buiten zijn, zien we weer een dolfijn door de rivier zwemmen. Iedere keer als we ze zien, genieten we weer! Na het ontbijt rijden we vanuit Fremantle via de kust naar het noorden van Perth. We stoppen Cottlesloe ( alle stranden opzoeken). Eigenlijk stoppen we bij alle stranden tot aan Mullaloo, want daar wonen David en Dot. Een ouder echtpaar die we hadden ontmoet bij Jo op de boerderij in Carnarvon. Ze zeiden: "als jullie Perth verlaten zonder ons te bezoeken, dan zijn we heel teleurgesteld". Daarnaast hadden ze ons vlak voor kerstmis ook nog gebeld, om ons voor kerst uit te nodigen. Hen moesten we dus wel bezoeken. Toen we aankwamen, boden ze aan om ons rond te leiden in het noordelijke gedeelte van Perth. Hartstikke leuk natuurlijk en ze lieten de suburbs van Joondalup en Wannaroo zien met alle achtergrondinformatie. Ook kookten ze voor ons en willen ze dat we blijven slapen. We voelden ons een beetje bezwaard, maar Dot zei dar haar zoon toen hij jong was door Europa reisde en daar ook zo goed bij mensen werd opgevangen, dat ze graag wat terug doet. Op maandag doen we niet zo heel veel. We rijden een rondje door het centrum van Perth en bezoeken Kings Park opnieuw. We wilden eigenlijk naar het museum, maar die bleek tot 2020 gesloten wegens verbouwing of vernieuwing.

Dinsdag 23 januari gaan we naar Rottnest Island, een heel mooi eiland zo'n twintig kilometer voor de kust van Perth/Fremantle. Het eiland is vooral bekend om de kleine schattige quokka's die hier leven. Het is een van de weinige plekken waar ze nog voorkomen. Op het vaste land zijn ze namelijk allemaal uitgestorven, doordat de Europeanen vossen, katten, honden en andere roofdieren naar Australië hebben gebracht. Op Rottnest Island zijn daarom honden bijvoorbeeld niet toegestaan. Het eiland is overigens vernoemd naar de quokka. In 1696 kwam de Nederlandse VOC-kapitein Willem van Vlamingh terecht op het eiland, dat hij het Rottenest Eiland noemde, omdat zijn bemanning de quokka's bos-ratten noemden. De quokka is overigens geen rattensoort, maar is door zijn buidel familie van de Kangaroo. De Australiërs hebben het eiland in de loop der jaren van Rottenest naar Rottnest vernoemd. Maargoed, genoeg vaderlandse geschiedenis voor vandaag. We zijn natuurlijk ook nog aangekomen op het eiland na een half uur durende overtocht met de veerpond. We kiezen ervoor om een wandeling van 9,7 kilometer te maken: de Gabbi Karniny Bidi. Tijdens deze route komen we langs allemaal zoutwatermeren. Na vijftien minuten lopen, hebben we nog geen quokka gezien en we geinen onderling dat het typisch iets voor ons is om dit beestje te missen. Terwijl we het erover hebben spot Loes familie quokka. Oh, zo hartversmeltend deze kleine schattige buideldiertjes. Ze zijn totaal niet bang en ze komen heel dichtbij je in de buurt. Ze hebben twee hele grote kraalogen, zo lief! Je wil er eigenlijk één mee naar huis nemen. Na dit genietmomentje lopen we verder langs de zoutwatermeren. Uit het niets gilt Loes heel hard en springt op mijn rug. Een dodelijke King Brown (slang) kruipt langzaam de bosjes in. View.... ze was er bijna op gaan staan, terwijl de slang relaxed opgerold in de zon lag te zonnebaden. Ik heb Loes nog nooit horen gillen. Het was overigens een erg mooie slang. We lopen dit pad af en komen uit bij de kust, bij Parakleet Bay om precies te zijn. Een mooi klein strandje waar we gaan snorkelen. Helaas is het niet veel bijzonders, misschien zijn we te verwend geraakt in het noorden. We maken de wandeling af en passeren Geordie Bay, Longreach Bay en The Basin. Bij deze laatste plek pakken we wederom onze snorkelset op aanraden van de strandwacht. Er was hier een groot rotsplateau met diepe holen erin waar vissen leefden en planten tegenaan groeien. Om daar te komen, moesten we eerst een vrij diep stuk zee oversteken. En het enige wat we deden was panisch achterom kijken, we zijn immers in Witte-Haai gebied. Toen we na de tijd een praatje met de strandwacht maakten, begon hij te lachen. Hij zei: "ja ze komen hier wel eens, afgelopen jaar zwom er een waar jullie overstaken". Als we dit van te voren hadden geweten, waren we niet gegaan! Hij zei ook, ja maar het rif is relatief veilig. Wat is relatief? Ook hier was een quokka die makkelijk met iedereen op de foto ging. We vervolgden onze wandeling en passeerden de Bathurst Lighthouse alvorens we weer bij het dorpje aankwamen. We waren net op tijd voor de interactieve quokka tour, waar we bijna alles over het beestje te weten kwamen. Na de tour liepen we langs de winkeltjes van het dorpje, wat vooral op toerisme is gebouwd. De quokka's zaten overal waar eten was. In het café en bij restaurantjes hopen ze van de op de grond gevallen restjes te kunnen genieten. We sloten onze dag af op het terras van een hotel waar we een heerlijke rosé dronken. We hadden een mooi uitzicht op de haven en werden natuurlijk vergezeld met een quokka. In de avond gingen we weer terug naar David en Dot die wederom voor ons hadden gekookt.

De volgende dag, woensdag 24 januari, hielp David mij met mijn spotlights weer vast te lassen. Die waren eraf gevallen tijdens een ruige weg. Ook hebben we de lampen nu beter bevestigd en hebben we de bedrading beter gemaakt. Loes heeft met Dot gezwommen en in de middag zijn Loes en ik gaan shoppen. In de avond koken wij als bedankje dat we hier een paar dagen hebben mogen verblijven en de gastvrijheid. Ook maken we kennis met Nick, hun zoon die 's avonds mee komt eten. De avond is gezellig en David kiest als wijnkenner de perfecte wijnen bij onze maaltijd.

Donderdag 25 januari vertrekken we richting het zuiden. Onze eerste stop is Rockingham en vervolgens Mandurah, beide mooie suburbs van Perth aan het water. Hele woonwijken hebben hier vanuit hun achtertuin toegang tot het water en ieder huis heeft dan ook een boot. We cruisen door alle woonwijken en genieten van alle mooie huizen die hier staan. In de namiddag gaan we naar Buffalo Beach zo'n 50 kilometer voor Bunburry. Onderweg komen we ook langs een mooi waterpark waar veel vogels zitten.

Foto’s