Bye bye Philippines en hello Borneo!

5 april 2019 - Kota Kinabalu, Maleisië

Op vrijdag 5 april staat ons een nieuw avontuur te wachten, want we vliegen vandaag van Manila naar Kota Kinabalu in Sabah, Maleisië. De staat Sabah ligt op het eiland Borneo dat bestaat uit Maleisië (de staten Sabah en Sarawak), het sultanaat Brunei en Indonesië (Kalimantan).

Al om 06:00 uur vertrekken we met de taxi naar Ninoy Aquino International Airport, want we hebben gehoord dat het erg chaotisch kan zijn op het vliegveld van Manila. Daar aangekomen staat er een gigantische rij voor de ingang van het vliegveld, want iedereen plus hun bagage wordt gescand door de beveiliging. Het inchecken en het afgeven van onze bagage gaat vrij snel, maar dan moeten we wederom langs de beveiliging en de douane. En lang dat het duurt! Gelukkig zijn we zo ruim van te voren op het vliegveld, want we halen onze vlucht van 09:05 uur maar net.

Vlak na het boarden, stijgen we ook op en verlaten we dus de Filipijnen. Het land en haar bevolking hebben echt onze harten gestolen met alle prachtige eilanden, bijzondere duikplekken, vriendelijke mensen, avontuur op de motor en de gezelligheid met Paul en Anne natuurlijk. 

De Filipijnen is een extreem gelovig land en het meerendeel van de populatie is Rooms-Katholiek. Zo staat er op elke bus, tricycle of jeepney een vers uit de bijbel en hangt er een rozenkrans of kruisje in elke auto. Ook in de meeste woonkamers hangt een kruis en overal in steden en dorpen staan Mariabeelden. De oude kerken uit de Spaanse koloniale tijd zijn vaak prachtig. Je wordt echt raar aangekeken als je zegt wanneer je geen geloof hebt, dat kennen ze niet, begin er dus ook maar niet over. Gewoon zeggen dat je katholiek bent, want iedereen heeft een religie. Daarentegen is de Filipijnen ook een enorm gewelddadig land, want ze hebben per inwoner gemiddeld meer vuurwapens dan de Verenigde Staten. Gelukkig hebben wij hier niet veel van meekregen, maar het schijnt dat je in de grote steden als Manila en Cebu heel erg goed moet oppassen voor overvallen en in het zuiden van het land voor ontvoeringen. In de Filipijnen houden ze ook erg van een drankje, vooral de lokale en goedkope Tanduay Rum doet het erg goed onder de lokale bevolking. Ja ook wij hebben dat ervaren en zien de Filipijnse bevolking naast erg vriendelijk, vooral ook als heel erg gezellig en een volk vol humor. Ze hebben een bijzondere keuken met de Kinilaw (de rauwe vis met azijn en kalamansi) en het varken aan het spit. Anderzijds kan het ook allemaal simpel en vet zijn en is het dus niet smakelijk. Het licht er maar net aan waar je terecht komt. Ook zijn het enorme zoetekauwen, want overal zit suiker in en het traditionele ontbijt is zoete rijst met chocolade. Ze staan bekend om de lekkerste mango ter wereld en dat hebben ze waargemaakt, oh wat is de Filipijnse mango lekker zoet! Als laatste beschikken de Filipijnen over een bijzondere en prachtige natuur. Zo zijn er hele mooie bossen, grotten, bergen, vlaktes, watervallen, stranden en natuurlijke de duizenden (onbewoonde) eilanden. Dan hebben we het alleen nog maar over de natuur boven de zeespiegel, want de onderwaterwereld is ook adembenemend. En dan zijn we nog niet eens in het noorden geweest waar ze echt enorme bergen hebben en in het zuiden met de grote dichte jungles.

Het is slechts twee uur vliegen van Manila naar Kota Kinabalu. Onderweg vliegen we over heel veel mooie eilanden die behoren tot de Filipijnen. Tijdens het landen, vlak voor de kust van Sabah hebben we een vanuit ons vliegtuigraampje een fenomenaal uitzicht (zie foto). We zien een lijn in de zee met twee kleurverschillen, de ene kant van de zee is lichtblauw en de andere kant is donkerblauw. Het is het punt waar de Suluzee en Zuid-Chinese Zee samenkomen. Als dat al niet bijzonder genoeg is, zien we een grote riviermonding en daarachter Mount Kinabalu hoog boven de wolken uitkomen. Het is net een schilderij. Het is eerste mooie aanzicht van Borneo is al vanuit het vliegtuig een feit! Dit is een veelbelovend begin van onze reis door Borneo.

Eenmaal aangekomen in Kota Kinabalu nemen we een taxi naar ons hostel. De taxirit is spotgoedkoop, nog geen € 2,- voor een rit van 10 kilometer. We zijn te vroeg voor het inchecken, onze kamer is nog niet schoongemaakt, dus gaan we eerst opzoek naar een lekker eettentje. We hebben immers reuze honger. De eetgelegenheid was al snel gevonden want in iedere straat zitten tientallen eettentjes met voornamelijk de Chinese, Maleisische en Indiase keuken. Wij hebben gekozen voor een Vietnamees restaurant op de hoek van de straat. Het zag er wel aantrekkelijk uit en het voedsel is erg lekker. We bestellen enorm veel groenten, want die hebben we gemist in de Filipijnen. Vlees zijn zij goed in, maar groenten snappen ze niks van. Overal zitten acht scheppen suiker overheen en meestal is het gebakken in heel veel, veel te oude, olie.

Na onze lunch kunnen we inchecken, droppen we onze bagage en lopen we naar de Atkinson Clocktower. Op plaatjes leek het heel wat, maar het is slechts een klein, nostalgisch lijkend klokje. Vervolgens zijn we over de Filipijnse markt gelopen. Ja, best vreemd he, ben je net in Maleisië terwijl je net uit Filipijnen komt, ga je naar een Filipijnse markt. Deze markt heet zo, omdat er voornamelijk Filipijnse immigranten werken, de economie en werkgelegenheid van Maleisië is namelijk beter dan die van de Filipijnen, dus komen ze hier hun geluk zoeken. Het meest noordelijke puntje van Borneo ligt ook slechts minder dan 80 kilometer varen van het zuiden van Palawan, het eiland waar wij als laatst waren in de Filipijnen. Eigenlijk wilden wij met de boot van Palawan naar Borneo, maar dat werd door zowel Nederlandse, als Filipijnse en Maleisische autoriteiten afgeraden in verband met terrorisme, ontvoeringen en piraterij. Zoals we eerder hebben geschreven wil het Islamitische zuiden van de Filipijnen onafhankelijk worden van het verder streng Katholieke land en dat wil men bereiken door terrorisme wat ze willen sponsoren door toeristen te ontvoeren voor losgeld en piraterij. Levensgevaarlijk dus! We zijn nu dus in het veilige Maleisië en de wateren rondom Maleisië worden zwaar bewaakt door de Maleisische marine.

Door onze inmiddels lange aanwezigheid in Zuid-Oost Azië, geeft de Filipijnse markt ons geen cultuurshock meer. Het is echt een chaos, maar niet meer dan andere Aziatische markten. Wij gaan opzoek naar een lange rok voor Loes, want wij willen naar het steng-islamitische Brunei waar het verplicht is om je lichaam tot over je knieën te bedekken. Loes heeft alleen maar hotpants bij zich, dus zal ze iets moeten aanschaffen. 

Op de Filipijnse markt en ook op andere markten was niks voor Loes te vinden, dus gingen we een aantal grote winkelcentra af. Ook hier kon Loes niks leuks vinden. Bijna elke marktkraam of winkel biedt lange rokken of jurken aan, maar Loes is heel erg kieskeurig, want ze wil niet op een typische moslima lijken. Tom werd een beetje geïrriteerd en vond dat Loes zich maar voor één dag een keer niet zo druk om haar uiterlijk te moest maken. We liepen inmiddels al vier uur te zoeken naar een lange rok en dat terwijl we in de tropen zijn, dan ga je toch niet shoppen! Loes concludeert dat ze liever niet naar Brunei gaat dan dat zij in zo’n rok moet lopen.

We geven de hoop op en lopen via de boulevard terug richting ons hostel. Aan de boulevard zijn allemaal horecazaken te vinden. Het is hier gigantisch druk met Chinese toeristen. We lopen verder over de Pasar Malam waar heel veel visrestaurants zijn. Hier krijgen we voor het eerst sinds lange tijd een cultuurshock. Bij de viskramen zijn allemaal verschillende tropische vissoorten uitgestald zoals papegaaivissen in de mooiste kleuren, pijlstaartroggen, grote kreeften en enorme tijgergarnalen. Onderwaterdieren waar wij normaal gesproken heel erg enthousiast van worden tijdens het duiken. Uit principe gaan we hier dan ook niet eten. Dan knapt Loes haar slipper. We gaan opzoek naar een schoenmaker, want ze heeft deze slippers vlak voordat we Australië verlieten aangeschaft. Ze heeft ze dus nog niet zo lang en ze lopen volgens haar heel erg fijn. De schoenmaker was niet zo moeilijk om te vinden, want die zitten hier allemaal langs de kant van de stoep. De schoenmaker was echt een vakman en lijmde plus reeg voor slechts drie Maleisische Ringgit (€ 0,60), haar slipper weer aan het teenstukje vast. Het communiceren met de man was heel grappig, want hij kon geen woord Engels, maar met basis Indonesisch begreep de man ons direct. Hij moest lachen en was verbaasd dat twee westerlingen als ons hem in het Indonesisch dit duidelijk konden maken. We waren op onze beurt verbaasd hoe goed en vooral snel hij deze slipper kon maken. Wij waren echt blij met zijn werk en gaven de man een fooi. De man was heel erg blij, stopte met werken en bleek ineens Engels te kunnen, want hij zei: “Thank you!” Heel grappig, gewoon werken voor je maaltijd en dan stoppen.

Waar de schoenmaker zijn werk deed, was ook een andere avondmarkt waar we dus toevallig terecht kwamen. En ja hoor, juist als we het niet meer verwachten, vindt Loes een rok die haar bevalt. Beiden zijn we blij, want we kunnen naar Brunei. Eind goed, al goed! Om het te vieren doen we een lekker biertje met borrelhapjes bij café Sea Monster. Ja we moeten redenen bedenken om een biertje te drinken, want anders zitten we elke avond met ons vakantiegevoel aan de alcohol. Na het biertje gaan we terug naar ons hostel en daar aangekomen blijkt dat de hele straat is omgetoverd tot een markt met foodtrucks. Hmmmm, dit kunnen we niet negeren en genieten bij verschillende kraampjes van lekkere gerechten. Ook is er aan het eind van de straat een podium met een bandje aan het optreden, heel gezellig allemaal. Ja, Sabah heeft ons fijn welkom geheten!

1 Reactie

  1. Harriet:
    17 mei 2019
    Mooie binnenkomer in Sabah!
    Ben benieuwd naar de mooie rok!