Eindelijk terug naar de echte jungle: Opzoek naar orang-oetans en gibbons

23 augustus 2019 - Blangkejeren, Indonesië

Op dinsdagavond 20 augustus vertrekken we om 22:00 uur vanuit Banda Aceh naar Blangkejeren. De twaalfurige busrit naar het midden van Atjeh is voornamelijk gedurende de nacht, maar slapen zit er helaas niet echt in. Gelukkig zitten er niet veel mensen in de bus, maar onze stoelen zitten niet goed vast en bij elke harde rem schiet de stoel los. Tom vliegt drie keer naar voren. Met alle tassen achter hem aan. Ook draait de chauffeur de hele nacht keiharde muziek om zichzelf wakker te houden. Om 05:00 uur hebben we de smalste paden en wegen door de bergen gehad en komen we aan in Takengon. De chauffeur tankt hier de bus vol en we hebben een korte pauze. Vanaf hier is het nog zo’n vijf uur rijden naar Blankejeren.

Iets na 10:00 uur komen we helemaal gebroken aan in Blankejeren en stappen we half misselijk uit. We zijn afgezet bij het tankstation en moeten in Kedah zien te komen bij Mr. Jally. In Banda Aceh hadden we gehoord over Mr. Jally en vonden we een telefoonnummer in een reisblog. Het contact was allemaal heel vaag door een gebrek aan Engels van Mr. Jally. Op iedere vraag zei hij: Yes. Waarschijnljk als we hadden gevraagd: Are you gonna kill us? Zou hij zeggen: Yes! We twijfelden of we zouden gaan, maar iedereen die we over hem hadden gehoord was heel erg enthousiast. Niet dat het er veel waren, want weinig mensen komen in Kedah, maar van dat kleine groepje was wel 100% enthousiast. We hadden zoiets, we gaan gewoon en zien wel, we zijn in gekkere situaties geweest. We zijn dus zonder ook maar iets te weten in een bus gestapt en naar Blankejeren gereden. Mochten we niet terecht kunnen of niets zijn, dan pakken we toch de eerste de beste bus door naar Ketambe dat slechts drie uur verderop ligt.

Bij het tankstation stoppen allerlei tuktukbestuurders om te vragen of we vervoer nodig hebben, maar allemaal haken ze af. Ze spreken geen Engels en sommigen zelfs geen Indonesisch, anderen weten niet waar het ligt en weer anderen vinden het te ver rijden. Dan is er één bestuurder die het kent en er wel naartoe wil rijden. Voor 150.000 Rupiah zegt hij. Wij kijken hem aan en vragen waar hij dit bedrag op baseert, want ter vergelijking, de twaalfurige busrit was 200.000 Rupiah en dit ritje slechts vijftien kilometer. Lachend zegt hij dat we weinig keus hebben. 150.000 Rupiah of geen tuktuk. We weten er voor ons eergevoel nog wat af te onderhandelen en laten ons door de man naar Kedah brengen. Het is best een eind rijden. Loes zit met alle tassen in de Tuktuk en Tom zit achterop de motor. Het is weer een bijzonder ritje.

Aangekomen bij het huis van Mr. Jally schreeuwen  zijn buren dat hij verderop in de straat is, iedereen houdt elkaar ook in de gaten. Daar worden we opgewacht door Mr. Jally en zijn hele familie. Ook vertrekken op dat moment twee andere toeristen die een tour bij hem hebben gedaan. Vol lof vertellen ze over Mr. Jally, zijn accommodatie en wat ze hebben gezien in jungle. We worden er super enthousiast van.

We moeten meteen gaan zitten en krijgen een kopje thee. Daar ontmoeten we dus de hele familie en ze vertellen dat ze eten aan het koken zijn voor 70 mannen en vrouwen die een opleiding tot gids bij Mr. Jally volgen. Die waren er de afgelopen drie dagen en vandaag was hun laatste dag. We hebben nog nooit zo’n grote pan rijst gezien, van wel een meter hoog. Ook komen er drie mannen van het toerismebureau uit Banda Aceh. Samen met de drie mannen en Mr. Jally gaan we in een auto naar het begin van de wandeling waar een café is. Daar moeten we natuurlijk eerst een kopje thee drinken alvorens we gaan wandelen. De wandeling is slechts een half uurtje lopen naar de rand van de jungle waar zijn bungalows zich bevinden.

Mr. Jally schijnt een legende te zijn in Sumatra en vooral in Atjeh. Hij strijdt tegen illegale boskap en stroperij om zo de jungle van Atjeh te behouden en het uitsterven van de Sumatraanse tijger, olifant, neushoorn en orang-oetan. Echt Engels kan hij niet, maar hij heeft wel een geniale lach. Hij lacht overigens om alles. Bij de bungalows aangekomen moeten we eerst weer een paar kopjes thee drinken, nee uitdrogen doen we hier zeker niet. Het is enorm druk met alle studenten en wij trekken ons dan ook even terug in onze eigen bungalow, want we zijn echt helemaal kapot van de lange busrit door de bergen en hele slechte wegen.

Tegen 13:00 uur komt Mr. Jally’s vrouw de lunch brengen. Het is heerlijke kip met groeten en rijst. Daarna rusten we weer uit in onze bungalow totdat het rustiger wordt. Iedereen is inmiddels al weg en alleen medewerker van Mr. Jally en zijn neefje Madi is er nog. We dineren samen en bespreken onze wensen.

Uitgerust staan we vandaag donderdag 22 augustus om 08:00 uur ‘s ochtend op. Het ontbijt staat al klaar: een pannenkoek met rode rijst en sap van een durianvrucht. Een hele rare combinatie en wederom proberen we durian en wederom vinden we het helemaal niks. Iedere Aziaat loopt ermee weg en noemt het de koning van het fruit, maar wij vinden zowel de smaak als de structuur niet lekker, bijna iedere westerling die wij ontmoeten vindt dit overigens.

Na het ontbijt steken we via een losliggende plank de rivier over en lopen de jungle in. Direct klimmen  we een heuvel op en al na vijf minuten spotten we een groep zwarte gibbons. De gibbons zijn heel erg schuw en direct vluchten ze via de boomtoppen de verte in. Een foto zat er dus helaas niet in. Tien minuten later spot Mr. Jally weer iets en dit keer is het een jonge mannetjes orang-oetan. De Sumatraanse primaat is knal oranje in tegenstelling tot de Borneose variant die veel bruiner zijn. We zoeken steeds een betere plek om de aap te bekijken en eindigen op een omgevallen boom die als tribune dient. Het dier zit en ligt ontspannen in de top van een hoge boom te genieten van de zon en houdt ons goed in de gaten. Later zien we ook nog een vrouwtje achter ons, maar die verdwijnt al weer gauw. De dieren in deze jungle zijn 100% wild en daardoor erg schuw, want ze zijn niet gewend aan mensen. We moeten het dus echt met enkele momenten doen en als we geluk hebben kunnen we een foto maken. Mr. Jally spot niet veel later weer wat levends en dit keer zijn het twee Thomas Leaf Monkey’s (opzoeken). Daarna zagen we een hele groep bruine gibbons, maar zij vluchtten direct toen ze ons zagen. Dat was ook meteen het moment voor onze lunch. Tijdens de lunch maakte Mr. Jally ter plaatse een armbandje van Rotan voor ons. Vervolgens liepen we naar de waterval en onderweg zagen we het nest van een Hornbill. Ook zagen we na de lunch nog eekhoorntjes en een kameleon, maar verder geen bijzondere dieren meer. Om terug te komen bij de bungalow moesten we de rivier oversteken door over een boomstam te lopen. Het lopen over een omgevallen boom is het ultieme jungle gevoel. Het doet ons ook altijd denken aan die scène van Hakuna Matata in de Lion King.

Terug bij het kamp ontspannen we even en Mr. Jally roept ineens: “Baboons, Baboons”. Een groep bavianen zit in de koffiestruiken koffiebessen te eten. Niet veel later springt er ook een grote groep Thomas Leaf Monkey’s van boom naar boom. Mr. Jally neemt ons daarop terug mee de jungle in en we kunnen ze van dichterbij bekijken. Wat een lieve schattige apen zijn dit met hun witte gezichtje.

Als we terugkomen bij de bungalow zit de hele familie van Mr. Jally er. Ze hebben een barbecue georganiseerd, want het is weekend. Vis en kip wordt op het vuur gebraden en voor de rest zijn er groenten, curry’s en natuurlijk rijst. We brengen de avond gezellig met de familieleden door. Een nicht van Mr. Jally is lerares en vraagt of we op haar school Engels willen spreken met haar leerlingen. We beloven dat we morgen na de jungle trekking met haar meegaan naar de school. De hele avond en rest van de nacht regent het en midden in de nacht wordt Loes ziek. Ze doet geen oog dicht en dan ook nog om 04:00 uur ‘s ochtends wordt er een enorm kabaal gemaakt. De familie begint te zingen en te bidden: het ochtendgebed.

Rond 08:00 uur in de ochtend gaan we nog even op een korte jungle trekking van slechts twee uur. We zien een groep bruine gibbons en daarna weer een groep zwarte gibbons. Na de jungle wandeling lopen we de jungle uit na het startpunt, waar we worden opgehaald door een neef en nicht van Mr. Jally. We worden naar de school gebracht om Engels met de leerlingen te spreken. De motorrit van de jungle naar de school duurt zo’n dertig minuten. Ondertussen kijken we terug op de jungle en kijken we naar het dagelijkse leven in de omgeving. De jungle is fantastisch, maar het gebied waar wij nu doorheen rijden is al helemaal kaalgekapt en het wordt steeds erger. En voor wat? Huis tuin en keuken plantages. Het zijn echt niet de grote bedrijven hoor!! Deze houtkap slaat helemaal nergens op. Ze verkopen het hout voor heel weinig geld en planten vervolgens heel inefficiënt een paar peperstruiken of kleine moestuintjes. Het maakt ons enorm kwaad!! Het zijn wel de longen van onze planeet. Ook wordt de ene moskee na de andere moskee gebouwd. Elke paar honderd meter is een nieuw moskeeproject gaande. De huizen zien er allemaal niet uit, maar de moskeeën zijn in vergelijking met de huizen allemaal heel mooi. Al het geld wat de mensen hebben wordt in moskeeën gestopt. 

Bij de school aangekomen worden we onthaald als supersterren. Al kinderen zitten al klaar. Het blijkt een Islamitische kostschool te zijn. Ze verwelkomen ons allemaal in het Arabisch, het Indonesisch en in het Engels. Het zijn allemaal meisjes, stuk voor stuk erg verlegen en wij voelen ons een beetje ongemakkelijk omdat we voor de groep zijn gezet en geen idee hebben wat er van ons wordt verwacht. We beginnen dus maar over onszelf te vertellen. Dan beginnen de kinderen voorzichtig vragen te stellen in het Engels. Waar komen jullie vandaan? En wat is je lievelingslied? Kleur? Zo gaat het een tijdje door en na een uur wordt er een rollenspel gespeeld. Daarna besluiten wij een les te geven over de mooie natuur in Atjeh en dat ze die moeten behouden. Gekluisterd hangen ze aan onze lippen. Zijn jullie helemaal hier voor dat bos hier? Ze hebben geen idee dat het bijzonder is. Hebben jullie dan geen jungle in Nederland? We vertellen dat de jungle heel belangrijk voor de wereld is en halen het plastic probleem aan. Ze vinden het allemaal heel interessant en wij hebben het gevoel dat wij echt impact op ze hebben gemaakt. Natuurlijk moet er een groepsfoto worden gemaakt. Na de foto wordt Loes door alle kinderen op een eerbiedige islamitische manier bedankt. De kinderen pakken haar hand en buigen neer tot ze met hun voorhoofd haar hand aanraken. Ook een beetje ongemakkelijk. Ze lijkt wel de koningin. Daarna willen ze ook allemaal een hand en een knuffel. Tom krijgt geen aandacht omdat hij een man is, en daar mogen ze niet aanzitten. Nadat de kinderen terug naar hun klas gaan, hebben wij lunch met de leraren en het hoofd van de school. Loes krijgt een sjaal als dank. Mr. Jally zet ons daarna op de bus naar Ketambe.