De onzekere en onwerkelijke tocht naar Pa’ Padi in Kayan Mentarang National Park

8 mei 2019 - Pa Padi, Indonesië

Tegen 07:00 uur staan we op en gaan we naar het ontbijt, want vandaag, dinsdag 7 mei, vliegen we van Tanjung Selor naar Long Bawan, dat diep in de jungle van Kayan Mentarang ligt. We kunnen hier alleen met het vliegtuig komen en het is een hele onderneming om de uiteindelijke jungle van Pa Padi te bereiken. Daar staat een gids en een nieuw avontuur op ons te wachten. 

Op een vier jaar oude reisblog van een onbekend iemand hebben we over het Kayan Mentarang National Park gelezen en op deze blog stonden ook de contactgegevens van Alex Balang, iemand uit Kayan Mentarang die goed Engels spreekt en iets voor ons zou kunnen betekenen. Hier zijn we erg blij mee, want er is bijna geen informatie over dit gebied te vinden. In de Lonely Planet staat alleen: “Dit gebied bevat een van de meest ongerepte jungles van Borneo en maakt het een van de laatste “uitdagende” bestemmingen voor hardcore jungle trekking. Alleen een handjevol mensen is de wilde jungle van Kayan Mentarang doorgetrokken.” Met alleen deze informatie in de Lonely Planet, wordt je toch tot diep van binnen aangetrokken om dit gebied te bezoeken?

We leggen contact met Alex en hij geeft aan ons wel te willen helpen. Hij is op het moment van contact nog in Jakarta, na op 30 april uit Seoul, Korea te zijn vertrokken. Vanaf de hoofdstad van Indonesië vliegt hij naar Balikpapan, de hoofdstad van Kalimantan. Hier moet hij een paar dagen verblijven, want er gaan niet elke dag vluchten naar Tanjung Selor. Dit dorp is weer één van de vier plekken vanaf waar vluchten naar Long Bawan gaan, de hoofdstad van de Kayan Mentarang Regio. Ook in Tanjung Selor moet Alex een paar dagen verblijven, want er gaan slechts twee vluchten per week naar Long Bawan, zo is hij dus acht dagen onderweg van Korea naar zijn woonplaats. Een afstand van hemelsbreed slechts 4000 kilometer en beiden gelegen aan dezelfde kant van de wereld. Het probleem was niet zozeer om van Seoul naar Balikpapan te komen, maar dus het deel van de reis op Kalimantan zelf. Dit laat eigenlijk wel zien hoe moeilijk Kalimantan te bereizen is. 

We moeten dus wachten tot Alex in Tanjung Selor is, zodat hij tickets naar Long Bawan voor ons kan reserveren. Ja dit gaat nog mondeling bij de balie en kan niet online of per telefoon. In de ochtend van maandag 6 mei krijgen we dan eindelijk bevestiging dat we tickets hebben. Op dinsdag 7 mei zitten we samen met Alex in het vliegtuig naar Long Bawan. Vanuit Indonesië is Long Bawan alleen per vliegtuig te bereiken, zo diep ligt het in de jungle. Met een bootje rivieropwaarts duurt een maand, omdat je de boot vaak uit het water moet tillen over de stroomversnellingen en watervallen. Dat is dus geen optie.

We hebben dus heel erg geluk dat Alex Balang op het moment dat wij in Tarakan zijn, op de terugweg is van Korea naar Long Bawan en voor ons in Tanjung Selor tickets kan regelen. Als het allemaal niet uitkwam hadden we een plan B en dat was naar de Derawan Archipel, maar dat parkeren we nu even voor na de trip naar Kayan Mentarang. 

Na het ontbijt op dinsdag 7 mei worden we door de chauffeur van het hotel afgezet bij het vliegveld. We kunnen onze tickets afhalen en betalen bij de balie van Aviastar Air. In de wachtruimte (een soort veredeld bushokje) ontmoeten we Alex, een vriendelijke en grote (zeker voor Indonesische begrippen) man die uitstekend Engels spreekt. Alex bevestigd nog eens dat we heel erg geluk hebben. Niet alleen omdat hij toevallig op hetzelfde moment als ons in Tanjung Selor is, ook omdat twee lokalen, die voorrang hebben op een plekje in het vliegtuig naar Long Bawan, eergisteren hebben geannuleerd voor de vlucht. Alex is een ondernemende man die van alles probeert op te zetten in zijn regio. Hij probeert toerisme in zijn gebied te ontwikkelen, bouwt een hotel en wil zijn volk, de Dayak en hun land aan de wereld promoten. Iets wat een ware uitdaging is met een gelimiteerd telefoonnetwerk en slechts enkele plekken met internetverbinding voor de hele regio.

We stappen in een heel oud en klein twaalfpersoonsvliegtuig. Vrijwel meteen na het opstijgen vliegen we over de jungle die, hoe verder we komen, hoe dichter begroeid het land is. We vliegen naar het hart van Borneo, en dat is te zien. We zien geen dorpjes, plantages en zelfs geen wegen en wat zijn we opgelucht om te zien hoe veel jungle er nog bestaat! Dan opeens ruiken we de geur van verbrand rubber of iets dergelijks. Angstig kijken we om ons heen en zien dat meerdere mensen geshockt zijn. Gelukkig blijkt het niets ergs te zijn en storten we niet neer. De piloot het gewoon even zin aan een sigaretje. Echt wat een mafkees, dit maak je ook alleen in Indonesië mee!

Het is slechts een uur vliegen naar Long Bawan de grootste plaats, tevens het economisch hart van de Krayan Regio. Samen met Alex gaan we in een auto naar ons hotel. Wij hebben de vip kamer, want er zit een badkamer bij. Een hotel kun je het eigenlijk niet noemen en vip al helemaal niet. Het is oud, stoffig, spinnenwebben, heeft een schepdouche en de bedden zijn ook niet echt comfortabel, maar ach we hebben een dak boven ons hoofd. Vanuit de lucht zagen we het al een heel groot gekapt gedeelte midden in het tropische regenwoud van het hart van Borneo. Het is een dorre vlakte met stoffige wegen. Nee Long Bawan is niet waar je wilt worden gevonden, maargoed het is het enige vliegveld in de hele regio, dus we moeten hier wel op landen. De mensen hebben hier hun mooie authentieke longhouses afgebroken en vierkante betonnen huisjes gebouwd. Echt ontzettend lelijk, maar een betonnen huis staat voor rijkdom. Zo jammer!

Long betekent waar twee rivieren samen komen. Dus veel plaatsen in dit gebied starten met Long. Long Bawan is de hoofdstad van de Krayan regio dat ligt in het Kayan Mentarang National Park. In heel Krayan leven 12.000 mensen het grote deel van de bevolking is Dayak en 95% is christen. Long Bawan zelf telt 800 inwoners.

Voor de zonsondergang gaan we met Alex en zijn kinderen naar de Yuvai Samaring Hill. Alex vertelt allemaal oude sages, mythes en ook waargebeurde verhalen over de jungle en over de legende Yuvai Samaring die leefde in de grot in de heuvel. De heuvel kijkt uit over een aantal dorpen, jungle, bergachtige landschappen en over het Yuvai Semaring voetbalveld. Een enorm voetbal veld midden in het dorp. Alex verteld ons dat er grote toernooien worden gehouden en dat als er niet gespeeld word, de koeien en paarden er op staan te grazen. De zon gaat onder en er verschijnen veel verschillende kleuren in de lucht. Het is prachtig! Vooral als het begint te onweren een eind van ons vandaan! Er zijn flitsen, wolken en spannende geluiden! Wat een mooi einde van de dag.

De volgende morgen worden we wakker en lopen we naar de Warung waar we gaan ontbijten. Alex heeft voor ons geregeld dat we rijst en gebakken vis krijgen. Daar hebben we natuurlijk heel veel zin in om 08:00 uur in de morgen....., maar....... Het smaakt goed en het vult. Alex haalt alle boodschappen voor ons en we zien dat er twee kilo suiker, een kilo zout en een kilo smaakversterker bij zit. Volgens Alex heb je suiker in de jungle nodig, want het is zwaar. Nja, lijkt ons een beetje te veel, maar het zal wel. Na ons ontbijt wachten we op onze motortaxi’s die ons naar Pa’ Padi brengen. De motoren die de mannen bij zich hebben hoor je van kilometers aankomen! Alle kappen zijn er afgebroken, alles zit met touwtjes vastgebonden en de uitlaat rookt! Ze vallen nog net niet uit elkaar! Als dat maar goed komt! We verlaten het dorp en het avontuur begint direct. We rijden door een prachtig bos, de “weg” is geel/bruin gekleurd en vol met modder en kuilen. Elke brug die we passeren is kapot en we moeten meer dan eens balanceren over planken op de weg. Met aan de linker kant een stijle afgrond en de rechte kant een diepe modder poel! Halverwege stoppen we om de motoren af te laten koelen! Na 5 minuten hervatten we de reis. Het laatste deel is alleen maar bergafwaarts. Erg stijl en erg oncomfortabel door de slechte vering van de motoren. Gelukkig zijn we alles vergeten wanneer het dal in het dorp in zicht komt! Het is beeldig! We rijden over een overdekt bruggetje direct de rijstvelden in. We zijn totaal omgeven door bergen en jungle en het is erg gemoedelijk en rustig hier. Ons Homestay bevind zich aan het begin van het dorp, heel iets erbuiten zelfs. We kijken uit over het hele dal met het dorp op de achtergrond, echt een schilderij. Een levend schilderij, want waterbuffels lopen door de sawa’s en over de weg en kinderen spelen bij de bossen en maken een vuurtje. Pa Padi is echt een mooi en vredelievend dorpje met slechts 100 inwoners, allemaal bestaande uit Dayak. Het Dayak volk is een van de inheemse stammen uit Borneo en weten als geen ander hoe te overleven onder de bizarre omstandigheden in de jungle. Pa Padi betekent Rivier (Pa) Rijst (Padi) in de lokale Pa Padi-taal. Ja dit dorp heeft een compleet andere taal dan Long Bawan, op slechts een uurtje rijden met de motor.

We stellen ons voor aan Jones, hij gaat onze gids zijn voor de komende dagen. Het is een klein tenger mannetje die enorm hinkt met zijn linker been.. hij wijst ons onze kamer en maakt koffie. We zitten heerlijk op zijn balkon en genieten van de prachtige omgeving. Jones is erg aardig en verteld ons verhalen over de jungle en het leven in Pa’Padi. Lunchen doen we bij zijn broer en daar leren we een groot deel van de familie kennen. Eten gebeurt op de grond in het midden van het huis. Er staan overigens geen meubels in het huis op een paar kasten en planken aan de muur na. Koken doen ze hier op een vuur dat ook in de kamer is, boven het vuur is een schoorsteen met daarin een kast om het hout in te drogen. Na de lunch laat Jones zijn tuin zien. Er staat een boom met Puwakfruit. Het lijkt op een appel, maar je moet het open breken en er zitten ongeveer zes pitten in en je kan alleen het jelly-achtige vliesje opeten. Lekker zoet maar niet onvergetelijk lekker. Naast deze vruchten verbouwd hij nog een assortiment met eetbare producten. We lopen naar de andere kant van het dorp en lopen door de rijstvelden. We maken kennis met de waterbuffels en Jonas laat ons zijn vroegere huis zien, hij woonde hier voor een aantal jaar geleden. Het is een piepklein vierkant kamertje op palen, het heeft een schoorsteentje, er ligt een matras en er is een tweepersoons balkon. Het is aan de rand van de jungle, naast een riviertje en het kijkt uit over de rijstvelden! Waanzinnige locatie voor een huis. In het riviertje maakt Jonas een rietje van bamboe voor ons. Dan slaat hij met zijn parang (kapmes) een dikke bamboestok kapot en er komt allemaal water uit! We moeten ons rietje in het bamboe compartiment zetten en drinken! Het water is ijskoud en volgens Jonas het schoonste water wat je kunt vinden! Heerlijk en verfrissend vinden wij! De bamboe zuigt het water uit de rivier omhoog, zuivert het water en slaat het  op in de compartimenten. Hierdoor zitten ze in de jungle nooit verlegen om drinkwater, vooral doordat er ook nog andere manieren zijn om water te verkrijgen maar daar komen we tijdens onze jungletocht achter.

Tijdens het avondeten vragen we Jones of er veel toeristen in het gebied komen. Zijn antwoord was hierop:” ja, erg toeristisch hier, vorig jaar hadden we nog een fotograaf!” Hij haalt een tijdschrift tevoorschijn en laat ons een mooi verhaal met prachtige foto’s zien. Dit was de laatste toerist in dit gebied. Erg toeristisch inderdaad. 

Wanneer we terug komen bij het huis van Jones staat Ibid bij zijn huis te wachten. Hij gaat onze porter zijn voor de komende dagenen is ook een van de jongens die ons op kwamen halen vanuit Long Bawan.  Ibid is een grote man met een erg sullig hoofd en hij spreekt geen woord Engels. We vragen ons al snel af of hij überhaupt kan praten, want hij zegt geen woord. Enfin, Ibid kwam de rijst en de andere boodschappen brengen voor de komende dagen. Samen met Jones bekijken we de doos. Hierin zit ACHT!!! kilo rijst! Wat moet je met 8 kilo rijst voor 5 dagen????!!! Onze monden worden al snel gesnoerd want de mannen zijn ervan overtuigd dat we het nodig hebben... goed.. Ook komt er twee kilo suiker, een kilo zout en een kilo smaakversterker uit de doos! Daarnaast nog een paar blikjes vis, koekjes en twee kilo koffie. Als jullie denken dat dat alles is dan vergissen jullie je, want we nemen ook nog drie kilo gekookte rijst mee! Dat word wat!!! De rest van de avond bewonderen we wederom de bliksemschichten die over de hele junglerand te zien zijn! Het is prachtig en de een is nog mooier dan de ander! Wel bedenken we ons dat we morgen daar gaan slapen waar het weer zo onrustig is.. Ook reflecteren we samen onze afgelopen paar dagen. We beseffen ons ineens dat het toch allemaal heel onwerkelijk is gegaan. Het ging in een paar dagen heel snel. Van een vaag idee, naar een nummer van ene Alex die we vinden op een vier jaar oude blog, diegene boekt een ticket voor ons naar een voor ons onbekende plek. We moeten twee uur met de boot naar een dorp, waar deze man over twee dagen aankomt en ons vliegtuig vertrekt. Dan ontmoeten we iemand (Alex dus) op een vliegveld. Daarmee stappen we in een een vliegtuig naar de jungle en laten we ons lot compleet aan hem over. Misschien worden we bij aankomst wel meteen ontvoerd, je weet maar nooit. Alles is op basis van goed vertrouwen, ook voor hem hoor, hij weet niet wie wij zijn en misschien komen we we niet opdagen, hij boekt toch alles maar. Ook wisten we niet eens wat het plan in Long Bawan was, voordat we het vliegtuig instapten. We hadden geen idee waar we aan begonnen waren, en weten dat momenteel eigenlijk nog steeds niet! Licht gespannen gaan we naar bed en bereiden we ons voor op het avontuur van morgen. We hebben er enorm zin aan en tot nu toe is het allemaal zeer goed geregeld!

7 Reacties

  1. Mart Van Blanken:
    6 juli 2019
    Gaaf jongens👍
  2. Willem en Yvonne:
    6 juli 2019
    Weer een zeer bijzondere ervaring, mooi opgeschreven👍😘
  3. Harriet:
    6 juli 2019
    Wat een avontuur!
  4. Benno:
    7 juli 2019
    Wow, jullie verslaan Floortje Dessing en alle andere reisjournalisten.
  5. Ronald:
    8 juli 2019
    Mooie beeldende verslaglegging over jullie avonturen, ‘ always a pleasure to read !’ Ben wel benieuwd met hoeveel kilo rijst en suiker jullie teruggekomen zijn :-)
  6. Andrea:
    13 juli 2019
    Ongelovelijk…… waar komen jullie toch overal terecht?!! Ik zit hier bijna dertig jaar in der reiswereld en heb er nog noooooit van gehoord :-))
  7. Bert en Jet:
    16 juli 2019
    Geweldig mooi verhaal, geniet er van.